De Eerste Kamer heeft afgelopen dinsdag de voorgestelde spoedwet voor een verhoging van het minimumloon verworpen. Dit besluit doet volgens de NFO recht aan de grote zorgen van werkgevers over de verdere stapeling van werkgeverslasten. “De politiek lijkt zich te realiseren dat je niet onbeperkt kunt blijven verhogen.”
De Eerste Kamer geeft met dit besluit onder andere gehoor aan de eerdere oproep van LTO om de extra verhoging af te wijzen en de koopkrachtondersteuning op een andere manier vorm te geven. Met het verwerpen van de spoedwet komt een extra verhoging van het minimumloon met 1,2% per 1 jul te vervallen.
LTO en ook de NFO willen dat de belasting- en premiedruk voor werkgevers én werkenden wordt verlaagd, om (meer) werken aantrekkelijker te maken. Werknemers houden dan netto meer over, de werkgeverslasten stijgen niet nog verder en meer werken wordt ook nog eens aantrekkelijker. LTO en de NFO roepen de formerende partijen op om hier werk van te maken.
Kentering
NFO-hoofdbestuurslid René Simons geeft in een reactie aan blij te zijn dat de extra verhoging van het minimumloon van de baan is. “Ik zie het als een kentering”, geeft hij aan. “Lange tijd kwam iedere voorgestelde verhoging van het minimumloon er doorheen. De politiek lijkt zich nu te realiseren dat je niet onbeperkt kunt blijven verhogen. En het geeft aan dat onze lobby wordt gehoord en gevoeld in Den Haag; dat geeft de teler moed. Desondanks komt er in juli nog wel een halfjaarlijkse indexatie van het minimumloon – waarschijnlijk van ongeveer 3% – , maar het is nu wel duidelijk dat de politiek iets doet met signalen vanuit de sectoren en de samenleving. Genoeg is genoeg. Zeker omdat ons minimumloon al tot de hoogste van Europa behoort.”