Het kabinet kondigde woensdag extra steun aan voor de sierteelt, voedingstuinbouw en fritesaardappeltelers – sectoren die hard zijn geraakt door de coronacrisis. De regeling moet nog worden uitgewerkt. Het is nog onduidelijk of deze regeling ook voor de fruitteeltsector gaat gelden.
Het wegvallen van de afzet door wereldwijde lockdowns, horecasluitingen en handelsproblemen zorgt voor grote, directe problemen in de sierteelt, delen van de voedingstuinbouw en bij fritesaardappeltelers. De verwachte directe kosten voor aardappeltelers bedragen € 167 tot € 217 miljoen, en ettelijke miljarden voor de sierteelt- en voedingstuinbouw. Uit een eerste inventarisatie van LTO Nederland bleek dat de verwachte schade voor boeren en tuinders op de middellange termijn al tot € 5 miljard kan oplopen.
Met de aangekondigde regeling maakt het kabinet respectievelijk € 50 en € 600 miljoen vrij om aardappeltelers en ondernemers in de sierteelt en de voedingstuinbouw te compenseren. Voorwaarde voor een compensatie is tenminste 30% omzet verlies in de maanden maart, april en mei van 2020.
Gevolgen voor fruitsector
De NFO verwacht wel hogere kosten en productievermindering vanwege de coronamaatregelen. De kosten voor reizen en onderdak van arbeidsmigranten zullen hierdoor bijvoorbeeld stijgen. Ook zal er met meer kosten geproduceerd moeten worden omdat medewerkers 1,5 meter afstand van elkaar houden. NFO voorzitter Gerard van den Anker maakte in de nieuwsbrief van gisteren (16 april) in dit verband al een opmerking hierover: “Als bij ons de vraag wegvalt en we te maken krijgen met serieuze omzetverliezen dan maakt de NFO zich hard voor een passende compensatie. De huidige insteek van het kabinet schept daarbij verwachtingen.”