De nieuwe, schurftresistente appel Pia41 heeft Europese rasbescherming gekregen en is daarmee officieel erkend als nieuw appelras. De groengele appel is afkomstig van het Duitse Julius Kühn-Instituut (JKI) in Dresden-Pillnitz. In Nederland en België wordt het ras sinds ongeveer een jaar verkocht door Roelofs Boomkwekerij in Zeewolde. De appel staat inmiddels in verschillende proefaanplanten in Nederland, België, Duitsland en Italië. Komende winter zullen er op diverse plaatsen bomen op praktijkpercelen worden geplant. Voor het plantseizoen 2024/’25 zijn nog bomen beschikbaar. De Europese licentie voor productie en verkoop is in handen van Herbert Knuppen van het bedrijf Neue Obstsorten und Beratung.

Bijzondere resistentie

Pia41 is een middelvroeg bloeiende appel, die begin oktober oogstrijp is. Het optimale oogsttijdstip valt iets later dan dat van Elstar en Gala, maar vroeger dan Braeburn. Daarmee is het een middellate herfstappel.

Pia41 is een nakomeling van Honeycrisp en Nicoter en werd in eerste instantie niet als schurftresistent ras gezien. In een kasexperiment bleek het ras na kunstmatige infectie met appelschurft vrij van aantasting, hoewel het gebruikte isolaat in staat is het belangrijkste resistentiegen van de in Duitsland geteelde appelrassen te doorbreken.
Deze bescherming heeft Pia41 te danken aan Honeycrisp in haar stamboom. De resistentie van dit ras wordt toegeschreven aan andere genen dan die in Europa veelal voorkomen. Pia41 erfde ten minste één van deze genen. Omdat deze resultaten echter nog niet vaststonden toen de aanvraag voor kwekersrecht werd ingediend, kreeg het nieuwe ras het voorvoegsel Pi (voor Pillnitz). JKI-schurftresistente rassen dragen doorgaans het voorvoegsel Re (voor resistentie) in hun naam.

Achtergronden bij schurftresistentie

De resistentie van Europese appelrassen tegen appelschurft Venturia inaequalis is grotendeels gebaseerd op het bekende resistentiegen Rvi6 (Vf). In kasexperimenten bij het JKI in Dresden-Pillnitz werden planten van de variëteit Pia41 geïnoculeerd met een isolaat van de ziekteverwekker die in staat is de door dit gen gemedieerde resistentie te doorbreken. Desondanks vertoonden de planten geen schurftaantasting. Voor de Honeycrisp-variëteit hebben onderzoekers eerder de schurftresistentiegenen Rvi19 en Rvi20 beschreven. Pia41 heeft ten minste één van deze twee resistentiegenen geërfd. Onderzoekers van het JKI hebben in het Pia41-genoom (139 bp allel van marker CH_VF1) een genetische marker geïdentificeerd die dient als indicator voor het schurftresistentiegen Rvi19.

Foto’s: JKI