De Nieuw-Zeelandse appelsector wil in 2050 volledig ‘spuitvrij’ zijn. Een tussentijds doel is een daling van 50 procent van het middelengebruik in 2030. De doelen zijn mede ingegeven door de EU-plannen om in 2030 25 procent biologische teelt te realiseren. De EU is een belangrijke exportmarkt voor Nieuw-Zeeland en appeltelers willen deze exportmarkt ook in de toekomst blijven benutten.
Inmiddels is een 7-jarig project van start gegaan met een onderzoeksbudget van 9,13 miljoen euro, waarvan de helft afkomstig van de Nieuw-Zeelandse overheid. Met het bedrag wordt onderzoek gedaan naar nieuwe technologieën om ziekten en plagen te beheersen, zoals feromonen en vallen, maar ook presicietechnieken voor spuiten en waarnemen worden verder ontwikkeld. Ook betere screeningsmethoden voor resistente rassen maken deel van uit van het project.
Naast een directe milieuwinst, levert het lagere middelengebruik in de toekomst ook nog eens 35 procent minder uitstoot van CO2 op doordat er minder trekkeruren gemaakt worden om te spuiten, aldus Rachel Kilmister, programmamanager voor dit onderzoek.