Resten van gewasbeschermingsmiddelen op groente en fruit vormen geen gezondheidsrisico voor de mensen die deze groente en fruit eten. Dat blijkt uit onderzoek door het RIVM. Het RIVM berekende het risico voor twee specifieke groepen van middelen die inwerken op het zenuwstelsel en voor vier leeftijdsgroepen. Er bleken in alle gevallen geen gezondheidsrisico’s voor de Nederlandse bevolking te zijn. In totaal is het effect van honderd gewasbeschermingsmiddelen onderzocht.
Ook blijkt over de jaren heen de blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen via consumptie van groente en fruit lager te worden. De huidige onderzoeksresultaten zijn van 2020/’21. Het RIVM berekende de blootstelling eerder al over de jaren 2016/’17 en 2018/’19.
In het onderzoek is gekeken of de dagelijkse cumulatieve blootstelling aan resten van gewasbeschermingsmiddelen in voedsel een risico zou kunnen vormen voor de volksgezondheid. Cumulatief betekent het totaal van alle stoffen die via verschillende voedingsmiddelen binnenkomt. Het RIVM is bij het onderzoek uitgegaan van Nederlandse voedselconsumptiegegevens en heeft daarbij gekeken naar gegevens van mensen die grote porties eten en producten waar een hoge hoeveelheid gewasbeschermingsmiddelen op zit. Op deze manier is gerekend met hoeveelheden die 99,9% van de Nederlandse bevolking dagelijks binnenkrijgt (0,1% van de bevolking krijgt nog meer binnen). En er is vanuit gegaan dat er geen nadelige effecten op de gezondheid zijn bij een blootstelling die tenminste 100x lager is dan de hoogste waarde in een proef waarin géén gezondheidseffecten werden waargenomen.
De Europese voedselveiligheidsautoriteit (EFSA) heeft voor de schildklier en het zenuwstelsel cumulatieve stofgroepen vastgesteld. Voor de schildklier bleek het cumulatieve risico veel lager te liggen dan voor het zenuwstelsel. Daarom is in dit onderzoek alleen het zenuwstelsel meegenomen.