Het groeiseizoen in Nederland begint steeds eerder door de opwarming van de aarde, inmiddels drie weken eerder dan rond 1900. Tegelijkertijd zien we dat de laatste vorst sinds de eeuwwisseling steeds later in het jaar optreedt. De kans op schade aan gewassen door vorst is daardoor toegenomen. Zo blijkt uit de laatste gegevens van het KNMI.
De gegevens van 2021 bevestigen het beeld van het KNMI. April 2021 was een zeer koude maand, met diverse nachten met temperaturen onder nul. Tijdens het eerste weekend van mei kregen telers in de zuidelijke helft van het land opnieuw te maken met nachtvorst.

Laatste vorst deze eeuw steeds later
Zodra de temperaturen na de winter weer gaan stijgen, ontwaken planten uit hun winterslaap. Een praktische definitie voor de start van het groeiseizoen is  de dag waarop de gemiddelde etmaaltemperatuur 5 graden bereikt en daar tot 1 juli niet meer onder komt. We spreken van vorst als de minimumtemperatuur onder de 0 graden duikt.

Op basis van de temperatuurmetingen in De Bilt zien we dat het groeiseizoen gemiddeld inmiddels drie weken eerder begint dan 120 jaar geleden, rond 26 april toen tegen 5 april nu. Er zijn grote jaar-op-jaar variaties. De vroegste start tot nu toe was 2010. Toen begon het groeiseizoen al op 13 maart. De laatste vorst treedt vrijwel altijd op na de start van het groeiseizoen. Er is dus een periode waarin gewasschade door vorst kan ontstaan. Gemiddeld duurt die periode zo’n tien dagen.

Opvallend is dat sinds begin deze eeuw de laatste vorst steeds later in het jaar optreedt, terwijl het groeiseizoen juist steeds eerder start. Hierdoor wordt de periode waarin gewasschade door vorst kan ontstaan snel langer. Begin deze eeuw duurde deze periode gemiddeld vijf dagen maar inmiddels al vijftien dagen, langer dan ooit sinds het begin van de meetreeks in 1901.

Minimumtemperatuur in april deze eeuw niet veranderd
Wat opvalt aan de temperaturen in april is dat de verandering in de minimum- en de maximumtemperatuur redelijk gelijk opging tot eind vorige eeuw. Sindsdien is de maximumtemperatuur door blijven stijgen, maar is de minimumtemperatuur nauwelijks veranderd. Hierdoor loopt de periode met vorst in het groeiseizoen in de laatste twintig jaar snel op. De oorzaak hiervoor is nog onduidelijk.

Bron: KNMI