Voorafgaand aan de Fruitteelt Vakbeurs op 25 januari kwamen ruim dertig fruitteeltadviseurs bij elkaar rond het thema geïntegreerde gewasbescherming. De bijeenkomst werd georganiseerd vanuit Pilot 6, onderdeel van het praktijkprogramma ‘Weerbaarheid in de praktijk’. Binnen het programma zetten telers samen met teeltdeskundigen in diverse plantaardige sectoren stappen om minder en efficiënter gewasbeschermingsmiddelen toe te passen.
De NFO, het Platform FRUITVOORUIT.NL en Proeftuin Randwijk werken binnen dit programma samen met deskundigen uit de fruitsector aan nieuwe gewasbeschermingsstrategieën voor de fruitteelt en aan maatregelen die emissie van gewasbeschermingsmiddelen vanaf een perceel of erf tot nagenoeg nul reduceren.

Lees verder onder de foto.

Timo Sprangers (WUR) nam de aanwezigen mee in een uitgebreid model voor het ontwerpen en ontwikkelen van nieuwe geïntegreerde gewasbeschermingsstrategieën. Het model is ontworpen voor de akkerbouw en uit de zaal kwamen dan ook direct al goede tips voor het aanscherpen van dit model voor de fruitteelt.
Aryan van Toorn (CAF) deelde de ervaringen die op de Proeftuin in Randwijk zijn opgedaan met het telen van appels en peren met het toekomstige pakket aan gewasbeschermingsmiddelen. Ook in deze demo’s staat het op geïntegreerde wijze telen centraal. Zo wordt onkruid mechanisch gewied en wordt waar mogelijk gekozen voor groene middelen. Ook hierover werd uitgebreid gediscussieerd, omdat telen met het middelenpakket van de toekomst best een uitdaging is. Juist daarom is het goed dat adviseurs hier nu al over nadenken en fruittelers adviseren om in kleine stapjes nieuwe dingen te proberen in de teelt.

De bijeenkomst werd afgesloten met een lezing gegeven door Sarah Kemp (Delphy). Zij vertelde hoe feromonen ingezet kunnen worden voor het monitoren van de perengalmug. Een van de tips die zij had was dat de vallen het beste laag bij de grond geplaatst kunnen worden en dat ze een goed inzicht geven in waar de galmug zich in de boomgaard bevindt. Deze lezing leverde veel vragen op, met name over de levenscyclus van de mug en over de rol van de bodem in de ontwikkeling van de plaag. Vragen waren bijvoorbeeld hoe diep de galmug in de bodem zit, wat het beste moment is voor bestrijding én wat een acceptabele schadedrempel is. De meningen hierover waren verdeeld en deze vragen worden dus meegenomen in de demo die dit jaar wordt voortgezet.

Afsluitend nam Jaco van Bruchem (NFO) een aantal actualiteiten rond het middelenbeleid en de lopende vrijstellingsaanvragen door waarbij hij de boodschap gaf dat het steeds uitdagender is het chemische middelenpakket in de benen te houden en dat het dus van groot belang is dat de sector, hoe uitdagend ook, blijft werken aan alternatieven voor de middelen die op de nominatie staan hun toelating te verliezen.

Tijdens de gezamenlijke lunch werd vervolgens nagepraat over hoe de gedeelde kennis benut kan worden om het gewasbeschermingsadvies op een meer geïntegreerde wijze opgepakt kan worden.
De deelnemende fruitteeltadviseurs kijken terug op een waardevolle bijeenkomst.