Voor telers in Utrecht, Limburg en Groningen blijft het onmogelijk hun aanplant afdoende te beschermen tegen hazen. In een kort geding heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat het besluit van de minister om de jacht op de haas in Utrecht, Limburg en Groningen te sluiten blijft bestaan. Een teleurstellend besluit, zo vindt de NFO.
“Als hazen niet meer bejaagd mogen worden, kan dat voor fruittelers veel schade opleveren, zeker aan jonge aanplanten”, legt voorzitter van de NFO-kring Midden-Nederland Marc André de la Porte uit.
Eric Huids, voorzitter van de NFO-kring Limburg, deelt die mening. “Het besluit van de voorzieningenrechter brengt voor diverse telers extra kosten én werk met zich mee. Telers die hun bomen niet hebben voorzien van netten, ter voorkoming van vraatschade door onder meer hazen, moeten dit nu wellicht alsnog doen. En dat is een hele klus. Hoe groot deze groep precies is en hoeveel impact het besluit heeft, is moeilijk te zeggen.”
Huids vindt het daarnaast vreemd dat sprake is van een generiek besluit, voor de drie provincies. “Dergelijke besluiten moet je nemen per wildbeheereenheid. Maar deze wildbeheereenheden zijn helemaal niet gehoord in dit verhaal. Terwijl zij als geen ander weten hoeveel hazen en konijnen er in een gebied aanwezig zijn. Verder vraag ik me af wat je als fruitteler nog kunt met een jachtakte, nu je ook al geen hazen meer mag afschieten. Is het dan nog wel nuttig om deze akte te behouden? Dat zijn allemaal vragen die spelen.”
Bodemprocedure
Eerder dit jaar reageerde de NFO op een internetconsultatie over het wetsvoorstel met daarin het verzoek het voorgenomen beleid te herzien en het fruittelers enerzijds mogelijk te maken te investeren in biodiversiteit en anderzijds effectief faunaschade te voorkomen.
De NFO staat dan ook achter het besluit van de Jagersvereniging, de Nederlandse Organisatie voor Jacht en Grondbeheer (NOJG) en de Federatie Particulier Grondbezit (FPG) om een bodemprocedure te starten. In deze procedure wordt de rechter verzocht om een definitief oordeel te geven over de beoordelingsmethode, die moet worden gehanteerd bij het bepalen van de staat van instandhouding van haas en konijn. Deze procedure moet een eind maken aan de discussie of deze dieren nu wel of niet in hun voortbestaan worden bedreigd. De voorzieningenrechter heeft zich hier niet inhoudelijk over uitgelaten, van de bodemrechter wordt dit wel verwacht.
Niet in voortbestaan bedreigd
Directeur van de Jagersvereniging, Willem Schimmelpenninck heeft veel vertrouwen in de bodemprocedure: “Hierin wordt de zaak letterlijk tot op de bodem uitgezocht. Daarin staan we heel sterk. Hazen zijn in Nederland helemaal niet in hun voortbestaan bedreigd. Er lopen minimaal meer dan 200.000 hazen over de akkers en de trend is de afgelopen twintig jaar nagenoeg stabiel en de meest recente jaren zelfs stijgend.”
Naast het verbod op de jacht van de haas in de provincies Groningen, Utrecht en Limburg besloot minister van Natuur en Stikstof, Christianne van der Wal, afgelopen zomer ook dat de jacht op het konijn landelijk niet wordt geopend.