Het Europees Parlement en de Europese landbouwministers hebben de afgelopen week stappen gezet om te komen tot een nieuw Gemeenschappelijk Landbouw Beleid (GLB) vanaf 2023. De NFO vindt het belangrijk dat een groot deel van de toeslagrechten bij de ondernemers terecht komt.
Verdeling van het landbouwbudget
De hectaretoeslagen binnen pijler 1 zijn verdeeld in een basisregeling en een aanvullende eco-regeling. De Europese Commissie wil dat lidstaten minimaal 20% van het beschikbare budget bestemmen voor de eco-reling. Het Europees Parlement wil 30%. Hierover moeten de lidstaten, Europese Commissie en het parlement nog overeenstemming bereiken.
Zowel de lidstaten als het EU-parlement stellen voor dat lidstaten minimaal 60% van het pijler 1-budget besteden aan de basispremie per hectare. Binnen dit budget kunnen lidstaten besluiten om de eerste hectares een hogere toeslag te geven. Ook kunnen lidstaten besluiten tot gekoppelde steun. Gekoppelde steun biedt lidstaten de mogelijkheid om binnen de basispremie bepaalde sectoren een extra premie te geven.
Naast de verdeling van het budget tussen de basisregeling en de eco-regeling komt er 2 tot 4% beschikbaar voor jonge boeren en kunnen lidstaten beslissen om een deel van het budget uit pijler 1 over te hevelen naar pijler 2. Nederland hevelt nu 10% van het budget van pijler 1 over naar pijler 2, onder andere voor de Brede Weersverzekering en het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer.
Het Europees Parlement en de lidstaten gaan nu aan tafel met de Europese Commissie om tot een compromis te komen. Dat proces heet ‘triloog’. Dit kan nog wel enkele maanden duren. Nederland kan daarna het ‘nationaal strategisch plan’ schrijven en indienen in Brussel voor goedkeuring. Dat zal vóór het einde van 2022 moeten gebeuren. Het nieuwe GLB gaat van start in 2023.
De NFO vindt het positief dat minimaal 60% van het budget ten goede komt voor de basisregeling, waarbij de NFO inzet op geen verzwaring van de eisen ten opzichte van het huidige GLB. Ook vindt de NFO het positief dat boeren en tuinders vrijwillig kunnen kiezen voor de eco-regeling. De NFO wil voor deze regeling graag een vrijwillig keuzemenu voor agrariërs. Het Europees Parlement stelt dit inderdaad voor en noemt een reeks mogelijke eco-regelingen, zoals voor klimaat (koolstofboeren), biodiversiteit, dierenwelzijn en precisielandbouw. Deze richting biedt wat de NFO betreft mogelijkheden. De NFO zet bovendien in op een beperkte overheveling van pijler 1 naar pijler 2, net zoals nu in Nederland het geval is. Indien hier gehoor aan wordt gegeven kan het percentage voor de basisregeling nog hoger uitvallen dan de nu genoemde 60%.