Het Schotste James Hutton Institute introduceerde dit jaar drie nieuwe frambozenrassen. Twee herfstframbozen Lewis en Skye en de zomerframboos Glen Mor, die als eerste ras met hulp van een genetische marker is geselecteerd op resistentie tegen Phytophthora Rubi (wortelrot).
Het James Hutton Institute investeerde meer dan tien jaar onderzoek in het identificeren van moleculaire markers (die een signaalfunctie hebben voor genetische informatie) die gelinkt zijn aan belangrijke planteigenschappen. Glen Mor is een zomerframboos met genetische marker Rub118b, die zorgt voor resistentie tegen wortelrot, Phytophthora Rubi.
In het onderzoek zijn planten van Glen Mor gedurende zes jaar blootgesteld aan wortelrot, maar vertonen ze geen symptomen van de ziekte. Ook op andere planteigenschappen en vruchtkwaliteit scoort het ras goed. Glen Mor is het resultaat van een kruising tussen een zomerframboos en herfstframboos en heeft de voordelen van beiden, inclusief een lagere koudebehoefte ten opzichte van andere zomerframbozen.
In de proeven had Glen Mor een vergelijkbaar plukvenster als dat van Glen Ample. De start van de oogst was drie dagen vroeger, met gemiddeld een iets grotere vruchtmaat; 5,9 gram voor Glen Mor en 5,3 gram voor Glen Ample. Planten van Glen Mor zijn in Nederland beschikbaar via Genson bv.
Lewis en Skye
Lewis en Skye zijn twee herfstframbozen. De oogst van Lewis valt in dezelfde periode als van Polka en Imara. Skye is een dubbeldragend ras met zowel in de zomer als in de herfst een oogst. De herfstproductie start tussen Kweli en Kwanza. De zomeroogst start al vroeg in de zomer.
Bron: huttonltd.com