Tweede Kamer wil soepelere voorwaarden voor asbestsanering


De Tweede Kamer wil de regels voor het saneren van asbest soepeler maken en meer innovaties binnen de sector stimuleren om te zorgen dat alle daken asbestvrij zijn voor 31 december 2024, zonder extreme prijsstijgingen. De Tweede Kamer heeft hiertoe een aantal moties aangenomen. Het is nu aan staatssecretaris Tamara van Ark (SZW) om hier uitvoering aan te geven.
De Kamerleden Thierry van Aartsen (VVD) en Maurits von Martels (CDA) vinden de huidige indeling naar risicoklassen te beperkt, wat ertoe leidt dat saneringswerkzaamheden nu vaak in een te hoge risicoklasse worden ingedeeld met alle strenge en onnodige veiligheidsmaatregelen van dien. Ze willen meerdere risicoklassen en bovendien dat er meer wordt gekeken naar werkelijke blootstelling. Uit onderzoek, dat is uitgevoerd in opdracht van verschillende woningcorporaties door TNO, Universiteit Utrecht en de Radboud Universiteit, blijkt dat de blootstellingsrisico’s bij het verwijderen van asbestdaken zeer beperkt zijn. De huidige, strenge maatregelen die worden genomen staan in veel gevallen niet in verhouding tot de risico’s.
Van Aartsen wil daarnaast dat de overheid monitort of er voldoende capaciteit is om alle daken voor 31 december 2024 asbestvrij te maken. Extreme prijsstijgingen moeten worden voorkomen. De Kamerleden Wim-Jan Renkema (GL) en Steven van Weyenberg (D66) pleitten in hun motie bovendien voor een externe evaluatie van de huidige maatregelen en terugkoppeling naar de Kamer voor 1 november 2020.
Tot slot pleitte Von Martels voor meer innovatie in de asbestsector. Samen met Chris Stoffer (SGP) diende hij een motie in om de toepassing van een schuimlaag die blootstelling aan asbestvezels minimaliseert toe te laten als toegestane werkmethode.
Al deze moties zijn aangenomen. De NFO pleit samen met LTO al langer voor eenvoudiger regelgeving rondom sanering van asbest. Goed dat hiervoor nu stappen worden gezet.